Sluit venster
Rudolf Valster - Recent werk

 

 

Kars Persoon:

 

Je werk Rudolf getuigt van een hele speciale eigenzinnige aandacht, je ziet het verschijnen in zowel het grote gebaar als in de details ,je specifieke kleurgebruik, het intense licht en donker spel, de voortdurend verrassende contrasten van het grote gebaar en het kleine, het is de gelijktijdigheid van een macro en een micro blik. Ironie en theatrale contrasten spelen een belangrijke rol.  Er is steeds een breken met de status quo van een mogelijke serie om weer een nieuwe richting op te gaan. Het onthult de oneindige fosforescerende mogelijkheden van de visuele poëzie,  steeds weer in een nieuwe helderheid. Existeren betekent in verhouding staan, geopend zijn op het andere dan zichzelf.

Steeds zie ik hoe de eenheid van het beeld,de compositie, overspoelt  wordt door een  veelheid, die als een golf 

tedere momenten, als bloembladeren in een lente wind  door dat beeld heen weven. Je kan ook omgekeerd zeggen, hoe die veelheid van aandachtspunten zich uiteindelijk in een levendige eenheid weten te voegen . 

Het beeld is een gebeuren , weeft tijden en herinneringen door elkaar en maakt de toeschouwer deelnemer, alsof hij in het kijken  het beeld mede laat verschijnen. Zie de glorie van de historie verborgen op een  zolderkamer. Jacob de Backer en de schrik van rood geel en blauw. Zie het gulle uiteenspattende licht buiten door  bomen of  het zacht Vermeeriaans tasten over broccoli  venkel ,biet en citroen. Hier wordt  het bijzondere van het alledaagse  zichtbaar, the message from the unseen.

Het is het openen van de waarneming , het uitvouwen van een lange reis, het vieren van de relationaliteit der dingen. Het is het elan vital, het omarmende moment, zoals je het ook in de jazz muziek van het Frankfurter Polka trio kan horen. Ja, het is hartstochtelijk en intens leven. Dit is enthousiast schilderen zoals  Federico Garcia Lorca het kan schrijven: “De mens kan zijn begeerte leiden als hij wil tot aderen van koraal of hemelsblauw naakt. Liefdes zijn morgen rotsen, en de tijd een bries die slapend door de takken waait.”